Ochtenddienst vanuit de Janskerk = 10 uur =

Ook mee te kijken via YouTube (klik hiernaast op de rode knop "Erediensten met beeld")

Het Joodse volk wordt door Ester gered.
Vorige week hoorden we dat Haman een nieuwe regel had ingesteld om alle Joden in Perzië om te brengen. Mordechai, de oom van Ester heeft van de nieuwe regel gehoord. Hij heeft een plan maar of het gaat werken?
Koningin Ester zal moeten helpen en zal bij de koning moeten smeken om het volk te redden. Ester belooft dat ze dit zal doen, ook al weet ze dat haar eigen leven dan gevaar loopt. Want als je ongevraagd bij de koning kwam, kon daar de
doodstraf op staan. Vandaag zullen we horen hoe Ester dit gaat aanpakken. Komen jullie ook weer verder luisteren naar dit mooie en spannende verhaal? Linda en Wilma gaan jullie het verhaal verder vertellen.
Hier is ook weer een lied om te luisteren en wie weet...ken je het. Zing dan lekker mee!
https://youtu.be/h9477KmOa1s?si=DaJj8ng3WccuHBl

Klokgelui en orgelspel 

Lied 287: 1 en 5 

Aansteken van de tafelkaarsen

Welkom

Lied 887 (staande)  

Stil gebed

Bemoediging en groet   

Psalm 65: 1 en 2

Kyriegebed 

Lied: Als onze dagen donker zijn 

Opmaat naar Gloria

Glorialied: Hoe heerlijk hoe heilig

Gebed

De schatkist

Kinderlied: Nu wij uiteen gaan 

Kinderen nemen het licht uit de kerk mee 

Tekst: verberg de vluchteling, lever de ontheemden niet uit 

Bijbellezing: uit Romeinen 8 

Lied 902: 3 en 4 (melodie lied 904)  

Bijbellezing: uit Romeinen 8, vervolg 

Lied 800: 1 en 2

Verkondiging

Lied: Christus heeft het pleit gewonnen

Kinderen komen terug uit de kinderkerk  

Mededelingen

Gebeden

Stilte

Slotlied, melodie lied 263:  Wie roept mij, kent mij

Zegen 

Lied 263: Gij zelf moet meegaan

Uitleidend orgelspel

Romeinen 8 

Ik ben ervan overtuigd dat het lijden van deze tijd in geen verhouding staat tot de luister die ons in de toekomst zal worden geopenbaard. De schepping ziet er reikhalzend naar uit dat de luister van Gods kinderen openbaar wordt. Want de schepping is ten prooi aan zinloosheid, niet uit eigen wil, maar door Hem die haar daaraan heeft onderworpen. Maar er is hoop, omdat ook de schepping zelf zal worden bevrijd uit de slavernij van de vergankelijkheid en zal delen in de vrijheid en luister die Gods kinderen geschonken wordt. Wij weten dat de hele schepping nog altijd als in barensweeën zucht en lijdt. En zij niet alleen, ook wijzelf, die als voorschot de Geest hebben ontvangen, ook wij zuchten in onszelf in afwachting van de openbaring dat we kinderen van God zijn: de verlossing van ons sterfelijk bestaan. In deze hoop zijn we gered. Als we echter nu al zouden zien waarop we hopen, zou het geen hoop meer zijn. Wie hoopt er nog op wat hij al kan zien? Maar als wij hopen op wat we nog niet zien, blijven we in afwachting daarvan volharden. En bovendien komt de Geest onze zwakheid te hulp; wij weten immers niet wat we in ons gebed tegen God moeten zeggen, maar de Geest zelf pleit voor ons met woordloze zuchten. 

Romeinen 8, vervolg

Wat moeten wij hier verder over zeggen? Als God voor ons is, wie kan dan tegen ons zijn? Zal Hij, die zijn eigen Zoon niet heeft gespaard, maar Hem omwille van ons allen heeft prijsgegeven, ons dan met Hem ook niet alles schenken? Ik ben ervan overtuigd dat dood noch leven, engelen noch machten noch krachten, heden noch toekomst, hoogte noch diepte, of wat er ook maar in de schepping is, ons zal kunnen scheiden van de liefde van God, die Hij ons bewezen heeft in Christus Jezus, onze Heer.